Nieuwsbrief
Kudde van ongeveer 200 buffels in
Dete vallei
Zimbabwe, Newsletter March - April 2010
Beste lezers,
Maart was in diverse opzichten een ‘watermaand’. Het regende nog steeds
veel waardoor o.a. Lady, (onze Landrover) in de modder vast kwam te zitten
en ik ben bezig geweest een dompelpomp te installeren in het boorgat voor
Katshana Lodge waar ik woon. Ik heb daar een half jaar gewoond zonder
stromend water maar ik geniet nu van de luxe van stromend water uit de
kraan!
Het team deed daardoor veel patrouilles om hun kamp heen. Ze
verwijderden 48 strikken, vergeleken met 16 het vorige jaar. Dit is laag
maar dat komt omdat in maart iedereen nog druk is met hun tuinen. Op dit
moment zijn we (mr. Dube de huisbewaarder en ik) bezig met het
voorbereiden van een tuin voor groente voor ons team en onszelf. Met
stromend water is het nu geen vraag of de tuin succesvol zal zijn, maar
meer of we de wilde dieren uit onze tuin kunnen houden! De eerste tomaat is
al gestolen door een van de eekhoorns hier!
In april zagen we het weer geleidelijk veranderen naar wat droger en koeler.
Naast de patrouilles rondt JB camp deden we een patrouille op de zuid oever
van de ‘Shangani rivier’. Vorig jaar augustus deden we daar onze eerste
patrouille en vonden we 338 strikken onder welke 100 voor vogels. Tijd voor
een check dachten we en hoewel we alleen de zuid oever konden doen (de
rivier stroomde nog steeds vrij snel en we konden niet oversteken) vonden
we 18 ‘Mopani’ houtpalen (illegaal gekapt) en 140 strikken. Wederom
verdenken we de mensen die zogenaamd ‘op de jagers kampen passen’ van
deze bezigheden, want voor anderen is deze regio te ver weg. Verontrustend
is het dat we bijna geen enkel vers spoor vonden van dieren. Zelfs ’s avonds
hoorden we slechts een jackhals, wat vleermuizen en een bushbaby als
enige zoogdieren.
Tijdens deze periode werden we door Sharon Pincott gewezen op een olifant
met een strik om de achterpoot bij ‘Kanondo’ met het verzoek om
assistentie. Samen met een collega van het leeuwen-project vonden we de
olifantkoe. Een vreselijke wond, vrij hoog om haar rechter achterpoot, wat
haar bewegingen zichtbaar pijnlijk maakte. Geen geluk die dag; de dart brak
en geen van de medicatie bereikte doel en de koe liet ons niet meer in de
buurt komen, zowel per voertuig als lopend. Na wat volgen moesten we
haar, om veiligheidsredenen, laten gaan; er waren te veel andere olifanten
in de buurt. Hopelijk zien we haar een andere keer en geeft ze ons nog een
kans.
Een andere patrouille deden we op de concessie van ‘The Hide Safari’s’, op
hun verzoek. Hier werd niets aangetroffen wat betekent dat het gebied vrij is
van strikken. We zagen verse sporen van leeuwen hier. De leeuwen doen
het goed op dit ogenblik. Zowel rond JB als Khatshana camp horen en zien
we ze geregeld.
Op de laatste dag van april startten we een gezamenlijke operatie met de
boswachterij. Onze zusterorganisatie had een hoop strikken gevonden maar
was de gespotte stroper kwijtgeraakt. Misschien hebben wij meer geluk. We
werken op een vakantiedag (dag van de arbeid) en in het weekeinde om de
kansen te verhogen. We zullen jullie hierover in het volgende rapport
informeren.
Hartelijke groet,
Martin & team